Optocht
De optocht is een belangrijk deel van het schuttersfeest. De schutterijen marcheren in een feestelijke parade door het dorp. Ze kijken allemaal vreselijk serieus, omdat de schutterijen tijdens de optocht beoordeeld worden door de jury. Lopen ze in de pas? Zijn de rijen recht? Lopen ze de bochten goed? Zijn de afstanden voldoende tussen de manschappen? De jury bekijkt elke schutterij aandachtig en geeft punten.
De optocht mag niet langer zijn dan 2 km.
Het hoogtepunt van de optocht is het defilé. Aan het defilé zitten het koningspaar en de voorzitter van de schutterij die het feest organiseert op een tribune. Ook andere belangrijke mensen uit het dorp, de genodigden, zitten hier.
Binnen iedere schutterij heeft iedereen tijdens de optocht een vaste plaats waar zij moeten lopen. Sommige leden hebben een taak of functie die zij tijdens de optocht uitvoeren. De volgorde van deze personen in de optocht, is altijd en bij alle schutterijen hetzelfde. Dat wil zeggen: als een schutterij ook al deze taken heeft. Want niet alle schutterijen hebben bijvoorbeeld bielemannen, vendelzwaaiers of marketensters. Alle schutterijen hebben wél een bordjesdrager, minstens één muzikant met een trommel, een vaandeldrager, een koning en enkele manschappen onder leiding van een commandant.
Hieronder staan alle mogelijke taken en functies die er binnen een schutterij kunnen bestaan. Zij worden tijdens de optocht allemaal beoordeeld door verschillende juryleden. Als zij goede punten halen op deze optochtwedstrijden, dan kunnen zij een prijs winnen.
Standaardruiter
De standaardruiter is een ruiter op een paard met in zijn hand een vlag die aan de zijkant en aan de bovenkant is vastgemaakt, zodat je die goed kan bekijken.
De standaardruiter stapt fier vooraan in de optocht.
Bordjesdrager
De bordjesdrager is een jongen of meisje dat voorop loopt met een bordje.
Op het bordje staan de naam en plaats van de schutterij en het nummer van de optocht.
Vendelier(s)
De vendelier moet in elke situatie de vlag omhoog kunnen houden.
Bij het vendelen zwaaien zij bepaalde figuren in een vaste volgorde.
Vendeliers moeten flink trainen om dit te kunnen doen, want het kost veel kracht.
Bieleman(nen)
Bielemannen lopen vooraan en zijn te herkennen aan hun berenmuts.
Ze nemen verder een tas met gereedschap en een bijl mee.
Er zijn ook schutterijen waar kinderen als mini-bieleman meelopen.
Sappeur(s)
Een sappeur kun je vergelijken met een bieleman.
Majorette(n)
Een majorette voert een combinatie van dans, ballet en twirlen uit. Twirlen is het draaien met een baton (staf). Sommige majoretten kunnen hun baton hoog opgooien en opvangen tijdens hun dans.
Tambour-Maître of Tamboer-Majoor
De tambour-maître of tamboer-majoor is de baas van het muziekkorps.
Hij of zij geeft aan welk muziekstuk er wordt gespeeld.
Met zijn stok geeft hij het tempo en de richting aan waarin de schutterij zich moet verplaatsen.
Er zijn ook schutterijen waar kinderen als mini-tamboer-majoor meelopen.
Muziekkorps
Het muziekkorps staat onder leiding van de tambour-maître. Het kan bestaan uit tamboers en/of klaroenblazers maar het is ook mogelijk dat er hoorns of fluiten worden bespeeld.
Door het spelen van marsmuziek is het voor de schutters gemakkelijker om in de maat te lopen.
Vlaggendragers
Bij sommige schutterijen wordt de laatste rij van het trommelkorps gevolgd door één of meer jeugdige vlaggendragers.
Marketentster(s) en Soetelaarster(s)
Marketentsters en soetelaarsters zijn vrouwen die vroeger met de legers meetrokken om de soldaten van voedsel en drank te voorzien.
Vaandeldrager of Vaandrig
De drager van de vlag of het vaandel wordt vaandeldrager of vaandrig genoemd. Op het vaandel staan zowel de naam en oprichtingsdatum van de schutterij als de naam en afbeelding van de schutspatroon.
Heiligenbeeld
Sommige schutterijen dragen tijdens de optocht een beeld mee van de patroonsheilige van hun schutterij of van iets wat bij hun schutterij hoort. Het beeld staat op een soort draagberrie die op de schouders van 2 of 4 schutters rust.
Keizer(in) of Keizerspaar
Wanneer iemand drie keer achter elkaar het vogelschieten heeft gewonnen, wordt hij automatisch keizer.
Hij heeft dan drie keer bewezen de beste schutter te zijn.
Keizer is de allerhoogste ereplaats in een schutterij. Je kan hem herkennen omdat hij een grote, zilveren keizersplaat heeft omhangen.
Je bent keizer voor je hele leven.
Pagekind(eren)
Een of meerdere koningskinderen, prinsjes of prinsesjes, begeleiden soms het koningspaar.
Koning(in) of Koningspaar
De koning is de winnaar van het vogelschieten. Het is een hoge ereplaats binnen de schutterij.
Bij officiële gelegenheden draagt een koning een zilveren vogel en het koningszilver.
De koning is het visitekaartje van de vereniging.
Klik op de foto van het koningspaar voor een filmpje.
Hofdame(s)
Een hofdame is een vrouw die het koningspaar of de koning of de koningin helpt bij allerlei zaken. Als het regent, dan houdt een hofdame bijvoorbeeld een paraplu boven het koningspaar.
Een hofdame draagt een klein tasje mee met naaigerief om snel iets te kunnen herstellen.
Niet alle schutterijen hebben hofdames.
in het midden de koningin met links en rechts van haar de hofdames
Officieren
Een schutterij lijkt een beetje op een klein leger.
De officieren zijn de hogere rangen binnen de schutterij. Luitenanten, kapiteins, majoors, kolonels en generaals horen bij het officierskorps.
Hun rang kregen zij waarschijnlijk uit dank voor hun jarenlange inzet voor de vereniging.
Dus mogen zij zich tooien met een fraaie pluim op de hoed, epauletten op de schouders, een sjerp om de heupen en gouden biezen over de broek.
Aan hun riem hangt een sabel.
Luitenanten, majoors, kolonels en generaals horen bij het officierskorps.
Manschappen
Een schutterij is niets zonder haar manschappen. De manschappen staan onder het gezag van de commandant.
Deze manschappen zijn meestal de schutters die geen specifieke taak hebben binnen de schutterij.
Maar ze zijn daarom niet minder waard, want zonder hen zou een schutterij geen schutterij zijn.
De manschappen dragen vaak geweer of spies mee in de optocht.
Voor hen is er op de feestweide ook een apart onderdeel, namelijk het exerceren.
Commandant
De commandant is de bevelhebber van de schutterij.
De commandant geeft commando’s aan de schutters, bijvoorbeeld ‘Voorwaarts mars’ bij het vertrek.
De commandant let erop dat de hele groep netjes in de maat en in de pas over straat loopt.
Hospitaalsoldaat
Dit is een soldaat die vroeger de gewonden moest verzorgen.
Hij draagt altijd een tas met hulpmiddelen, zoals verband, een schaar en zalfjes.
Niet iedere schutterij heeft een hospitaalsoldaat.
Generaal
Iemand die zich heel goed ingezet heeft voor de schutterij kan generaal worden. Je wordt dan uitgekozen door het bestuur van je schutterij. Het is eigenlijk een bijzondere onderscheiding. Iedere schutterij mag maar één generaal hebben.
Niet alle schutterijen hebben een generaal, meestal omdat zijn uniform heel duur is.
Een generaal mag meedoen aan speciale wedstrijden.
Kanon
Sommige schutterijen hebben een kanon . Het kanon op wielen wordt door enkele schutters of een paard meegetrokken.
commandant (links, met sabel) en manschappen
hospitaalsoldaat
generaal
kanon